Wat een prachtboekje, die uitgave van De Spaansche Brabander door Jeroen Jansen. Nooit gedacht dat ik zo’n boek in één adem uit zou lezen. Natuurlijk kende ik het wel, van de middelbare school (drie titels uit de 17e eeuw op je lijst) en mijn studie Nederlands (dertig primair teksten per eeuw).
Ik geloof dat die aantallen zijn teruggebracht, maar reden om trots te zijn op die belezenheid heb ik niet. Ik heb er bitter weinig van opgestoken. Ik had geen flauw benul waar ze over gingen: Warenar, Granida, De Gysbrecht en alles van Bredero. Nou ja, die flauwe boertigheid van kluchten, die snapten we wel. Maar in welke tijd speelden die verhalen, was dat de tijd van de schrijver? Hadden die malle teksten in dat kindertaaltje wel een schrijver? Zoals ik me op school nooit afvroeg waar teksten van Vergilius, Xenophon en Homerus over gingen. Je moest ze vertalen, en een zes halen. Gemiste kansen.
Nu weet ik wie die Spaansche Brabander was en wat hij kwam doen. Ik loop met hem door mijn stad, de Kloveniersburgwal en Jordaanse straatjes waar ik doorheen fiets en net als hij bier drink. Over de Nes, waar Bredero is geboren en ik toneelstukken zie van zijn latere collega’s. Ik ben ook een Hollandse botmuil. Niets gaat ooit voorbij.
En veel blijft hetzelfde: de meisjes op de wallen die hun lichaam verkopen, serveersters die ten prooi vallen aan geile, betastende handen. De immigranten die hopen op een beter leven. De miniachting voor andere godsdiensten, het vermeende onderscheid tussen ‘echte armen’ en oplichters, de Amsterdamse hooghartigheid. Het verhaal is veel subtieler en spotlustiger dan ik dacht.
Alleen die hertaling. Ik weet het, zo maken we oude teksten toegankelijk voor nieuwe generaties, maar ik raar het gevoel dat het nep is niet kwijt. Gewoon hardop lezen, was het advies dat Herman Pleij ons gaf, dan snap je het wel. Dat was zo. En is ‘Zat ’t me noêit iêns mee, da kon oêk nie’ zoveel begrijpelijker dan het origineel? Maar als het helpt om Bredero in leven te houden dan bind ik graag in.
Verantwoording
Jansen, J., Vos, M. de, & Postma, S. (2017). Spaanse Brabander: G.A. Bredero. Amsterdam: Amsterdam University Press.
Auteursinformatie en -afbeelding via http://www.uitgeverijcossee.nl/auteur/Aleid-Truijens-A6.php
Afbeelding Tekst in Context Spaanse Brabander via https://www.aup.nl/nl/book/9789462982819/g-a-bredero-spaanse-brabander
Aleid Truijens (Amsterdam, 1955) is journalist en schrijver. Ze schrijft als literair criticus en columniste voor de Volkskrant. De afgelopen 25 jaar schreef zij voor verschillende dagbladen en tijdschriften, vooral over literatuur en educatie. Geen nacht zonder (2004) is haar literaire debuut dat ook in Duitsland is verschenen. Haar tweede roman Vriendendienst verscheen in 2007 bij Cossee, en in 2008 als luisterboek. In 2011 publiceerde zij Geluk kun je alleen schilderen, een enthousiast ontvangen biografie over de schrijver F.B. Hotz. Klik hier voor haar artikelen in de Volkskrant. In 2012 verscheen bij Cossee Opvoeden! Een nieuwe blik op een eeuwenoud beroep, waarvan Manon Uphoff zei: 'Lees Opvoeden! Scherp waar het moet, mild waar het kan.'
コメント